Skip to content

Opdracht van de ABEX

De opdracht van de ABEX wordt gedefinieerd volgens  de statuten en het Algemeen Huishoudelijk Reglement

Uittreksels der Statuten

Artikel 1

Er wordt een beroepsvereniging opgericht onder de benaming “Associatie van Belgische Experten“ (in het frans : “Association Belge des Experts“) bij afkorting “ABEX“

Deze volgt de interberoepsvereniging op die in 1933 werd gesticht en in 1935 werd opgericht als vereniging zonder winstoogmerk, waarvan de ontbinding werd gepubliceerd in de Bijlagen van het Belgische Staatsblad van 24 november 1951 onder nummer 2697.

De Vereniging heeft haar zetel in de Brusselse agglomeratie. Haar distrikt strekt zich uit tot het ganse land.

Artikel 2

Het doel van de Vereniging luidt :

  1. het beschermen en ontwikkelen van de beroepsbedrijvigheid van haar leden.
  2. de deontologie op te stellen waaraan zij moeten beantwoorden en toe te zien op de inachtneming hiervan.
  3. de uitoefening van hun taak te vergemakkelijken.
  4. hun beroepsbelangen te vrijwarens.
  5. de keuze van de expert of de technische adviseur te vergemakkelijken.

Zij heeft de voortdurende bekommering om door haar actie en met name door de toepassing van de reglementen het vertrouwen en de achting te rechtvaardigen die het beroep van expert en technische adviseur moeten kenmerken.

Artikel 4

[…] De leden moeten een onberispelijke achtbaarheid en moraliteit hebben. Zij moeten de deskundigheid en bekwaamheid alsmede de ervaring hebben die nodig zijn voor het vervullen van de opdracht van een expert, technische adviseur of scheidsrechter. […]

Artikel 5

Voor het verkrijgen en handhaven van de hoedanigheid van werkend lid, moet men bijzonder bekwaam zijn in de materie van zijn specialiteit of specialiteiten en in het openbaar zijn diensten aanbieden met het oog op het geven van adviezen of het uitoefenen van de expertise of arbitrage in iedere onafhankelijkheid, met stipteid en rechtschapenheid, in eer en geweten.

Alleen de werkende leden mogen het kenmerkende monogram van de Vereniging gebruiken.

Algemeen Huishoudelijk Reglement

Uitgave 2005

Artikel 1

Het Directiecomité bepaalt het aantal afdelingen en hun benaming. Het benoemt de Afdelingsvoorzitters.

Artikel 2

De Afdelingsvoorzitter is de verbindingspersoon tussen de afdeling en het Directiecomité.

Hij wordt op de vergaderingen van het Directiecomité uitgenodigd wanneer onderwerpen in verband met zijn afdeling behandeld worden. Daarbij treedt hij bij het nemen van beslissingen enkel op als raadgever, tenzij hij reeds anders stemgerechtigd is.

De Afdelingsvoorzitters zijn van rechtswege lid van het Aanvaardingscomité.

Artikel 3

De Afdelingsvoorzitter deelt aan de Secretaris-Generaal de genomen resoluties mee, evenals de voorstellen die door zijn afdeling binnen het kader van haar bevoegdheid geformuleerd worden.

Artikel 4

Op verzoek van de Afdelingsvoorzitter worden de oproepen voor de vergaderingen van de Afdelingen door de Secretaris-Generaal op kosten van ABEX verstuurd.

Artikel 5

De kandidaat die als effectief of stagedoend lid van ABEX wenst toegelaten te worden, vult het toetredingsdossier, vastgelegd door het Directiecomité , in en stuurt het, naar behoren ondertekend, naar de Voorzitter van ABEX. Hij voegt er de vereiste bewijsstukken bij. Hij ondertekent eveneens een verklaring dat hij er zich op zijn eer toe verbindt de Statuten en het Algemeen Huishoudelijk Reglement na te leven en meer bepaald de regels van de Deontologie.

Iedere kandidaat moet door minstens één peter voorgedragen worden die effectief lid is. Hij moet de kosten betalen van het onderzoeksdossier, waarvan het bedrag jaarlijks door de Algemene Vergadering bepaald wordt.
De aanvaarding heeft betrekking op één of meerdere soorten activiteit (arbitrage/ bemiddeling/verzoening/raadgeving…) en op de professionele specialismen die door de kandidaat uitgeoefend worden.

De leden die vragen om toegelaten te worden tot een bijkomende soort activiteit en/of specialisme richten hun vraag schriftelijk tot de voorzitter van ABEX.

Artikel 6

  1. Het Aanvaardingscomité is samengesteld uit de voorzitters van de betrokken Afdelingen en leden die door het Directiecomité aangeduid worden. Dit comité ondervraagt de kandidaat en kan elke nuttige aanvullende documentatie opvragen. Het gaat de kwalificaties en de ervaring van de kandidaat na.
  2. Het Aanvaardingscomité bevat minstens twee Nederlandstalige en twee Franstalige leden buiten de Verslaggever.
  3. De leden van de Tuchtraad mogen geen deel uitmaken van het Aanvaardingscomité.
  4. Als de leden van het Aanvaardingscomité dit wensen, kunnen zij zich laten bijstaan door een gespecialiseerd lid als raadgever.
  5. Het Aanvaardingscomité wordt voorgezeten door de Verslaggever. Als deze afwezig is, wordt het comité door het oudste lid van het Bureau voorgezeten.

Artikel 7

  1. De toetredingsdossiers of aanvragen voor een bijkomende soort activiteit en/of specialisme worden overgemaakt aan de Verslaggever. De Verslaggever roept de kandidaat op voor een vergadering van het Aanvaardingscomité.
  2. De Secretaris-Generaal schrijft aan de effectieve leden van ABEX om de kandidaten voor toetreding voor te stellen, en vermeldt daarbij de namen van de kandidaten, evenals hun leeftijd, hun beroep, hun woonplaats en de afdelingen, soorten activiteiten en specialismen waarin zij aangenomen wensen te worden.
  3. Ten vroegste veertien dagen na deze verzending komt het Comité bijeen. De Verslaggever deelt aan het Comité de door de leden verstrekte inlichtingen mee, evenals de informatie betreffende de kandidaat.
    Het Aanvaardingscomité ondervraagt de kandidaat.
  4. Het Aanvaardingscomité kan enkel geldig beslissingen nemen als minstens drie leden aanwezig zijn. De beslissingen van het Aanvaardingscomité worden genomen bij eenvoudige meerderheid van stemmen. Bij gelijkheid van het aantal stemmen, geeft deze van de Verslaggever de doorslag. Bij afwezigheid van deze laatste is de stem van het oudste lid doorslaggevend.
  5. De Verslaggever legt de bekomen inlichtingen vast in het verslag, dat bij het dossier van de kandidaat gevoegd wordt. Dit verslag bevat het advies van het Aanvaardingscomité en vermeldt de soorten activiteiten evenals de afdelingen en de rubrieken van de specialismen waarin het comité de opname van de kandidaat voorstelt.
  6. Als de kandidaat de vereiste kwalificaties en ervaring niet bezit om als effectief lid toegelaten te worden, kan de Verslaggever voorstellen om hem te aanvaarden als stagedoend lid.
  7. Dit verslag wordt door de Verslaggever aan het Directiecomité voorgesteld op zijn eerstvolgende vergadering.
  8. Het Directiecomité beslist over de aanvaarding van de kandidaat.

Artikel 8

De kandidaten die door het Directiecomité aanvaard zijn, worden binnen de veertien dagen door de Secretaris-Generaal op de hoogte gebracht van hun toelating, per gewone post en met vermelding van de aanvaarde soorten activiteiten en specialismen.
De geweigerde kandidaten worden door de Secretaris-Generaal per gewone post op de hoogte gebracht van de verwerping van hun kandidatuur.

Artikel 9

Het jaarlijks lidgeld en de toelatingsbijdrage, die jaarlijks door de Algemene Vergadering bepaald worden zijn te betalen zodra de aanvaarding van de kandidaat wordt medegedeeld.

Een vermindering van 50 % van de eerste jaarlijkse bijdrage zal toegekend worden, als de toetreding tijdens de tweede helft van het jaar plaats vindt.

Artikel 10

De bijdragen zijn betaalbaar op rekening van ABEX, binnen de drie maanden van hun vaststelling door de Algemene Vergadering of zodra de aanvaarding aan het nieuwe lid werd bekendgemaakt.

Na deze periode gebeurt de invordering op kosten van het lid, per aangetekend schrijven, wanneer deze geen gevolg geeft aan de aan hem geadresseerde oproepen.

Artikel 11

De Penningmeester bevestigt ontvangst van de bijdrage door verzending van de lidkaart ‘ABEX-expert’ (effectief of stagelid).

Artikel 12

Alleen de effectieve en stageleden die hun lidgeld betaald hebben, worden vermeld op de lijsten van deskundigen die door ABEX worden gepubliceerd.

Stageleden, die in orde zijn met hun bijdrage, worden met hun statuut van stagelid uitdrukkelijk vermeld op de lijst door ABEX gepubliceerd.

Artikel 13

Enkel de effectieve leden mogen zich beroepen op hun kwalificatie van ‘ABEX-Expert’ en het monogram gebruiken op de documenten met hun naamvermelding met rechtstreekse verwijzing naar de activiteiten en specialismen waarvoor zij aanvaard zijn.
Elk ander gebruik van de kwalificatie van ABEX-Expert of van het monogram is verboden.

Artikel 14

Het wordt de leden aangeraden om ter gelegenheid van hun opdrachten hun lidmaatschap van ABEX te vermelden. In dit kader is het echter verboden, hun actuele of vroegere uitgeoefende functies bij ABEX te vermelden.

Aan degenen, die aan de gevel van hun woning een plaat met de vermelding van hun beroep aanbrengen, wordt het aanbevolen, in kleine karakters en aan de onderkant van deze plaat, de woorden ‘ABEX-Expert’ te vermelden.

Artikel 15

De stage is een periode tijdens dewelke een stagedoend lid zich door een effectief lid laat volgen om hem voor te bereiden op zijn toetreding als effectief lid.

Het gaat om een scholing of een opleiding met steun aan en controle van de stagiair bij het behandelen van zijn expertises.

Het stagelid wordt verzocht al de hem toevertrouwde opdrachten aan zijn stagemeester te melden.

Een stagelid kan opdrachten uitvoeren op vraag van ABEX, met dekking van de stagemeester, of tussenkomen als assistent of sapiteur op vraag van effectieve leden van ABEX bij de uitvoering van opdrachten die aan deze laatsten verleend worden. In dit geval treden zij op onder de verantwoordelijkheid van het betreffende lid.

Artikel 16

De stagemeester,voorgesteld door de stagiair, zal er bij de evaluatie van het werk van de stagiair in de eerste plaats op toezien of deze de professionele regels nakomt , de regels van ethiek, van onafhankelijkheid, van rechtschapenheid en van rechtvaardigheid noodzakelijk voor de goede praktijk van de expertise.

Indien het stagelid zelf geen voorstel doet, zal de Aanvaardingscomité hem helpen om een stagemeester te zoeken en aan te stellen.

Kunnen als ABEX stagiair aanvaard worden de kandidaten die de volgende specifieke voorwaarden vervullen:

  • er zich schriftelijk toe verbinden om tijdens de duur van de stage de opleidingen die door ABEX worden georganiseerd en de opleidingen voorgesteld door de stagemeester te volgen.
  • beroepservaring bezitten in de specialismen waarvoor hij zijn aanvaarding vraagt.

Artikel 17

De stage duurt minstens twaalf maanden. Ten vroegste na twaalf maanden zal het Aanvaardingscomité de kwalificaties van de stagiair evalueren en eventueel zijn inschrijving op de lijst van de effectieve leden aan het Directiecomité voorstellen.

Artikel 18

Minstens eens per jaar zullen de kandidaat en zijn stagebegeleider door het Aanvaardingscomité opgeroepen worden:

  • de kandidaat zal de werkzaamheden voorstellen die tijdens de stageperiode gerealiseerd werden, voor elk van de activiteiten en specialismen waarvoor een verzoek tot aanvaarding ingediend werd.
  • de stagemeester zal zijn evaluatieverslag van de stage overhandigen en zal het toelichten.

Het Aanvaardingscomité houdt een lijst bij van de stageleden en hun stagemeesters.

Artikel 19

Behoudens uitzondering moet de stage vervuld worden bij een stagemeester die behoort tot de afdeling(en) waartoe de kandidaat wil toegelaten worden.

Artikel 20

Na gunstig advies door de voorzitter van de betrokken afdeling wordt de stagemeester voor elke stage door het Aanvaardingscomité aanvaard. De stagemeester moet reeds 5 jaar effectief lid zijn en mag geen disciplinaire sancties hebben opgelopen in de 5 jaar voorafgaand aan zijn aanstelling.

Hij krijgt geen vergoeding voor zijn functie.

Behalve speciale toelating van het Aanvaardingscomité zal de stagemeester slecht drie stageleden tegelijk mogen volgen.

Artikel 21

De stagemeester verbindt zich ertoe om alle vertrouwelijkheidregels te eerbiedigen betreffende de dossiers die door het stagelid worden behandeld.

De stagemeester wordt van elke verantwoordelijkheid ontlast, van welke aard ook , betreffende de handelingen die door het stagelid ten persoonlijken titel worden verricht.

De stagiair kan aan het Aanvaardingscomité vragen om van stagemeester te verwisselen.
Hij moet daartoe verslag uitbrengen over de moeilijkheden die hij met zijn stagemeester ondervonden heeft. Deze laatste kan zelf om zijn vervanging verzoeken.

Artikel 22

Na beëindiging van zijn stage, en mits gunstig advies van het Aanvaardingscomité, wordt het stagelid zonder kosten aanvaard als effectief lid.

De lidmaatschapsbijdrage van het stagelid wordt jaarlijks door de Algemene Vergadering vastgelegd en dient betaald te worden vanaf 1 januari van het jaar dat volgt op zijn aanvaarding.

Het Secretariaat stuurt een kopie van de regels aangaande de stages naar het stagelid.

Artikel 23

De deskundige handelt met gepaste waardigheid en correctheid. Hij onthoudt zich van elke publiciteit betreffende zijn opdrachten.

Hij onthoudt er zich van om aankondigingen, reclames of aanbieding van diensten via kranten, aanplakbiljetten, uithangborden, of folders met de verwijzing naar ABEX te laten verschijnen als deze diverse reclames specialismen betreffen waarvoor hij niet werd aanvaard, zelfs indien dit zou gebeuren in het kader van een vennootschap waarvan hij de beheerder of hoofdzaakvoerder is.

Voor het verkrijgen van opdrachten onthoudt hij er zich van om stappen te ondernemen bij gevolmachtigden, zakenlieden of willekeurige bemiddelaars, die aanleiding geven tot het verlenen van commissies of kortingen op zijn honoraria of van andere voordelen van welke aard ook.

Indien hij lid is van een beroepsvereniging mag hij hier melding van maken, zonder zich echter te beroepen op de functies die hij in deze vereniging opneemt ten titel van persoonlijke publiciteit.

Artikel 24

De deskundige handelt in eer en geweten en behoudt een absolute onafhankelijkheid, hij geeft aan geen enkele druk of om het even welke beïnvloeding toe. Hij kan met name geen rechtstreeks of onrechtstreeks persoonlijk belang in de oplossing van het geschil hebben.

Artikel 25

De deskundige vervult zijn opdracht in het kader van de toepasselijke wetten, in volledige onpartijdigheid, hij maakt abstractie van zijn meningen, zijn voorkeuren en zijn betrekkingen met derden. Tijdens de verrichtingen maakt hij zijn persoonlijke mening nooit bekend, en beperkt zich tot objectieve vaststellingen. Hij mag evenwel, in een poging tot minnelijke schikking, en binnen het kader van zijn zending, aan partijen technische uitleg verstrekken of de adviezen verlenen die hij nuttig acht.

Artikel 26

De deskundige stelt zijn erelonen vast in verhouding tot de moeilijkheidsgraad en de aard van de verrichtingen, de omvang van zijn verantwoordelijkheid en het belang van het geschil. Hij vervult zijn opdracht met een minimum aan kosten en uitgaven.

Indien de deskundigen een college vormen, brengt elkeen zijn kosten in, in verhouding tot zijn werkelijke deelname aan de werkzaamheden. Zelfs indien een gezamenlijk ereloon gevraagd wordt, kan hij geen dichotomie toepassen, dit wil zeggen de honoraria delen om een deskundige te vergoeden die een opdrachtgever aan een van zijn confraters aangebracht heeft.

Artikel 27

De deskundige zal geen enkel geschenk, attentie of enig ander voordeel van partijen of derden ontvangen, anders dan de vergoeding welke hij op officiële wijze aangevraagd heeft ter vergoeding van de door hem geleverde prestaties, kosten en uitgaven.

Artikel 28

Ten aanzien van zijn collega’s houdt de expert rekening met hun gerechtvaardigde voorkeuren bij het vaststellen van de datum voor de vergaderingen.

Indien hij, na overleg in het college, belast is met het opmaken van het expertiseverslag, geeft hij op objectieve wijze de verschillende meningen weer die door zijn collega’s naar voor gebracht werden.

De expert stelt zijn ervaring en kennis ter beschikking van zijn collega’s.

Onder voorbehoud van een voorafgaande toestemming van partijen, welke hij van de situatie op de hoogte bracht, zal de expert zich terugtrekken indien hij met een der partijen vriendschappelijke relaties heeft onderhouden, indien hij met een van hen een geschil heeft gehad, indien hij gemeenschappelijke of tegenstrijdige belangen heeft of indien hij reeds een advies heeft gegeven in dezelfde betwisting.

Artikel 29

De expert doet de verrichtingen persoonlijk, hij kan zich niet door derden laten vervangen, ook niet door een confrater.

Wel kan hij zich, voor sommige materiële vaststellingen, laten bijstaan door helpers of medewerkers. De verrichtingen gebeuren dan onder zijn leiding, controle en verantwoordelijkheid.

Hij spant zich in om zijn opdracht te vervullen in een minimum van tijd , in overeenstemming met de aard van de zaak en ,behoudens hoogdringendheid, rekening houdend met de verplichtingen die hij reeds op zich heeft genomen om andere taken te vervullen.

De deskundige die een opdracht heeft aanvaard is verplicht deze volledig te voltooien. Indien hij nochtans in de loop van de expertise door overmacht of een gewettigde reden verhinderd is zijn opdracht te voltooien, brengt hij hiervan de partijen, hun raadslieden en de overheid die hem aanstelde, op de hoogte en vermeldt daarbij de redenen die hem beletten verder te gaan.

Hij doet al het nodige om de taak van zijn opvolger te vergemakkelijken.

Artikel 30

Tegenover derden bewaart de deskundige absolute geheimhouding over al wat hij heeft gehoord of gezien in de loop van zijn deskundigenopdracht.

Hij kan slechts in akkoord met partijen verzaken aan de geheimhouding, of ook indien hij er wettelijk van wordt ontheven in het kader van zijn relatie met de magistraten, raadslieden en partijen.

De expert die door de overheid die hem aanstelde wordt opgeroepen, antwoordt sober maar nauwkeurig op de gestelde vragen.

Hij luistert sereen naar geuite kritiek, verdedigt onpartijdig zijn standpunt, waarbij hij kalm de vaststellingen uiteenzet die hij belangrijk acht en onthoudt zich van elke commentaar als zijn rapport niet gehomologeerd wordt.

Artikel 31

Binnen ABEX wordt een Tuchtraad opgericht bevoegd om de daden te beoordelen en te bestraffen van leden die de statutaire regels en reglementen van ABEX overtreden en/of die de morele of materiële belangen van ABEX of van een van haar leden zouden schaden.

Overeenkomstig artikel 13 van de statuten, kan een lid enkel uitgesloten worden door het Directiecomité van ABEX, dat dit slechts met 2/3 meerderheid van stemmen kan bekrachtigen en op advies van de Tuchtraad.

Artikel 32

De Tuchtraad wordt om de 4 jaar verkozen tijdens de Algemene Statutaire Vergadering uit leden die sinds minstens 10 achtereenvolgende jaren als effectief lid zijn ingeschreven. De leden van het Directiecomité kunnen er geen deel van uit maken. Elk lid van de Tuchtraad dat toetreedt tot het Directiecomité treedt af in de Tuchtraad.

Elke Afdeling is vertegenwoordigd in de Tuchtraad, voor zover mogelijk door minstens 1 lid, bij voorkeur door 2 leden van verschillend taalregime. De Tuchtraad telt minstens 2 plaatsvervangende leden.

Artikel 33

Het Directiecomité duidt per afdeling het aantal leden van de Tuchtraad aan en stelt de lijst op van verkiesbare kandidaten na hun voorafgaand akkoord.

De lijst met kandidaten wordt gevoegd bij de oproeping tot de Algemene Vergadering.

Artikel 34

De leden van de Tuchtraad worden bij geheime stemming gekozen. Om verkozen te zijn moet elke kandidaat de meerderheid van aanwezige of vertegenwoordigde stemmen behalen. Bij gelijkheid van stemmen wordt de oudste kandidaat beschouwd als verkozen. De twee eerste niet als effectief lid verkozen leden worden aangeduid als plaatsvervangende leden, dit in volgorde van het aantal behaalde stemmen.

Artikel 35

De Tuchtraad duidt tussen de verkozen leden een voorzitter en een vice-voorzitter aan, welke niet tot dezelfde taalgroep mogen behoren.

Artikel 36

Het mandaat van lid van de Tuchtraad is hernieuwbaar.

Het Directiecomité voorziet in de vervanging van een lid dat overleden is, ontslagnemend, verkozen in het Directiecomité of verwijderd van de lijst. Deze aanstelling is slechts geldig tot de volgende Algemene Vergadering die de regels van de normale verkiezing zal volgen.

Artikel 37

De leden aangeduid als rechter verbinden er zich schriftelijk toe hun advies te geven en hun vonnis te vellen zonder haat of wraakgevoelens, niemand te bevoordelen, niets bekend te maken buiten de beraadslaging, van wat ze mochten gezien, gehoord of vastgesteld hebben in hoofde van of ter gelegenheid van hun onderzoeken of zittingen. Deze verbintenis wordt gedateerd, getekend en gearchiveerd.

De Voorzitter van de Tuchtraad ziet erop toe dat geen enkel lid van de raad zetelt zonder voldaan te hebben aan deze schriftelijke verbintenis.

Artikel 38

Elke klacht ingeleid tegen een lid van ABEX in het kader van art. 36 van de statuten moet gemotiveerd en getekend worden en schriftelijk geadresseerd worden aan de Voorzitter van de Tuchtraad.

Artikel 39

Indien de Voorzitter van de Tuchtraad oordeelt dat het gaat om een zeer weinig ernstige zaak, aanhoort hij vaderlijk de aanklager en de expert en ontzenuwt hij de klacht.

Artikel 40

Elk lid van ABEX dat weet dat 1 van haar collega’s voor het gerecht is gedaagd voor een verdacht feit dat zijn professionele waardigheid aantast moet de Voorzitter van de Tuchtraad hiervan op de hoogte brengen.

Artikel 41

In geval van een strafprocedure tegen een beticht lid, wordt de ABEX-procedure opgeschort tot het strafoordeel.

Artikel 42

In geval de Voorzitter van de Tuchtraad oordeelt dat de feiten die de grond van de klacht uitmaken ernstig genoeg zijn en de verdachte expert vrij is van elke straf, wordt de zaak door de voorzitter van de Tuchtraad in de Tuchtkamer voorgebracht, waarvan de leden behoren voor zover mogelijk tot dezelfde taalgroep.

Artikel 43

Deze Tuchtkamer is samengesteld uitdrie leden gekozen door de voorzitter van de Tuchtraad, waarvan minstens één lid, tenzij dit onmogelijk is, behoort tot dezelfde afdeling als de verdachte.

De Voorzitter van de Tuchtraad draagt de klacht over aan de Voorzitter van de Tuchtkamer die werd aangesteld om te zetelen.

Artikel 44

De aldus samengestelde Tuchtkamer stelt een voorzitter aan. Het voorzitterschap wordt steeds waargenomen door de Voorzitter of, bij diens afwezigheid, door de Ondervoorzitter van de Tuchtraad in geval hij deel uitmaakt van de Kamer.

Artikel 45

De leden van de Tuchtkamer kunnen om dezelfde redenen gewraakt worden als degene die in het gerechtelijk wetboek gelden voor de rechters en deskundigen. De Kamer spreekt zich uit over het verzoek tot wraking en de Voorzitter van de Tuchtraad voorziet in de vervanging van de leden van de Kamer die eventueel gewraakt worden.

Artikel 46

De Tuchtkamer blijft samengesteld uit dezelfde leden tot de uitspraak van het vonnis of de vaststelling van het advies dat zij dient te geven. Indien één van de leden moet vervangen worden, moet het onderzoek van de zaak volledig hernomen worden.

Artikel 47

De Voorzitter van de Tuchtkamer duidt tussen de leden ervan een Verslaggever en een Secretaris aan.
De Verslaggever is belast met het onderzoek van de zaak en moet er verslag over uitbrengen aan de Tuchtkamer binnen de dertig dagen na zijn aanstelling.

Artikel 48

De Verslaggever van de Tuchtkamer aanhoort en neemt akte van de verklaringen van de aanklager en eventueel van de getuigenverklaringen. Overeenkomstig art. 39 van de statuten nodigt hij de beklaagde uit en aanhoort zijn verklaringen.

Hij ondertekend het proces verbaal samen met de gehoorde persoon. Indien de Tuchtkamer dit nuttig acht, kan zij advies inwinnen bij een Assessor van ABEX.

Artikel 49

Zodra de Verslaggever het onderzoek van de zaak beëindigd heeft, adviseert hij hierover de Voorzittter van de Kamer en maakt het dossier over aan de Secretaris.

De Secretaris brengt het betichte lid er onmiddellijk van op de hoogte dat zijn dossier ter zijner beschikking is (evenals van zijn advocaat) op de zetel van ABEX, waar het na afspraak kan ingezien worden.

Artikel 50

De uitnodigingen voor de zittingen moeten per aangetekende zending verstuurd worden, minstens veertien dagen op voorhand en ondertekend zijn door de Voorzitter van de Tuchtraad.

Artikel 51

Het verdachte lid kan zich laten bijstaan door een advocaat of een ABEX-lid. Indien de verdachte niet verschijnt, wordt er bij verstek geoordeeld, behoudens in geval van overmacht. De Tuchtkamer beoordeelt de geldigheid van dit laatste en kan de zaak dan eventueel naar latere datum verplaatsen.

Artikel 52

Op vraag van de verdachte of van ambtswege, gaat de Tuchtkamer over tot verhoor van de getuigen, die al dan niet hun getuigenis neergelegd hebben bij de Verslaggever. De aanklager kan als getuige gehoord worden.
Vooraleer te getuigen voor de Kamer leggen de getuigen de eed af.

Artikel 53

De Tuchtkamer moet een gemotiveerd oordeel vellen. De Tuchtkamer kan aan het Directiecomité de vrijspraak of een strafmaatregel voor de inbreuken voorstellen onder de vorm van een waarschuwing, een berisping, een blaam, met of zonder uitsluiting van ABEX. Het vonnis is zonder mogelijkheid tot beroep, met uitzondering van hetgeen in artikel. 55 gezegd wordt.

Artikel 54

Het vonnis en zijn volledige tekst worden aan het betrokken lid bekend gemaakt door de Secretaris.
Deze laatste brengt ter kennis van de aanklager dat het vonnis is geveld, zonder meer, en nodigt hem uit om er desgewenst kennis van te nemen onder de waarborgen voorzien in artikel. 63 van onderhavig reglement.

Deze bekendmaking dient te gebeuren binnen de week na de uitspraak van het vonnis en per aangetekende zending.

Artikel 55

De betrokkene heeft het recht te vragen gehoord te worden door het Directiecomité vooraleer deze uitspraak doet.

De aanklager kan zich enkel tegen het vonnis verzetten bij het Directiecomité wegens procedurefouten of tegenstrijdigheden met onderhavig reglement die het vonnis kunnen beïnvloed hebben.

Het verzet op grond van procedurefouten moet aan de Voorzitter van ABEX gezonden worden binnen de veertien dagen na mededeling van het vonnis.

Artikel 56

De vonnissen evenals de processen-verbaal van de zittingen worden door de Secretaris vastgelegd in een speciaal register met de beraadslagingen van de Tuchtraad. Deze documenten worden ondertekend door de voorzitter van de Tuchtkamer en de Secretaris.

Artikel 57

De Voorzitter van ABEX die op de hoogte werd gebracht van het beroep brengt hiervan onmiddellijk de Algemene Secretaris op de hoogte en laat zich het inleidend dossier en het beraadslagingregister van de Tuchtkamer bezorgen.

Hij rapporteert aan het Directiecomité binnen de dertig dagen na het ontvangst van het beroep en in voorkomend geval na het advies van de juridisch Assessor te hebben ingewonnen en zowel klager als verdachte lid te hebben aanhoord.

Artikel 58

De leden van het Directiecomité zullen zich, vooraleer de Voorzitter te horen, er toe verbinden geheimhouding te bewaren betreffende de beraadslaging en acteren dit formeel.

Artikel 59

De gemotiveerde beslissing van het Directiecomité wordt toegevoegd aan het register van beraadslaging van de Tuchtkamer.

Artikel 60

Als het Directiecomité oordeelt dat de in beroep ingeroepen middelen niet gefundeerd zijn, stuurt de Voorzitter het dossier en het register terug naar de Secretaris van de Tuchtkamer die het vonnis uitgesproken heeft.

Hij brengt samen met de Secretaris-Generaal het betrokken lid van de beslissing van het Directiecomité op de hoogte.

Indien echter het Directiecomité oordeelt dat het beroep gefundeerd is, vernietigt zij het vonnis en brengt de zaak opnieuw voor een anders samengestelde kamer en motiveert haar beslissing.

De Voorzitter brengt het dossier en het register opnieuw bij de Voorzitter van de Tuchtkamer die nieuwe leden van de Tuchtkamer aanduidt. Geen enkele van de leden die hebben gezeteld in de Tuchtkamer die heeft geleid tot een nietig vonnis mag deel uitmaken van de nieuwe Tuchtkamer opgeroepen om de zaak te behandelen.

Artikel 61

Wanneer aan een vonnis kracht van gewijsde toegekend is door het Directiecomité, brengt de Secretaris van de Tuchtraad het register en zijn beraadslagingen opnieuw naar de Secretaris van het Directiecomité die de archieven bewaart op de zetel van ABEX achter gesloten deuren.

Artikel 62

De Secretaris van het Directiecomité vernietigt het inleidend dossier, nadat hij zich ervan vergewist heeft bij de Voorzitter van ABEX dat geen enkel beroep werd aangetekend door de betrokkene.

Artikel 63

Er mag geen kopie van het vonnis bezorgd worden aan derden noch aan de aanklager. Zowel de aanklager als elke betrokkene derde kunnen ten allen tijde mondelinge voorlezing van het volledige vonnis bekomen. Dit kan slechts gebeuren door de Voorzitter of Ondervoorzitter van de Tuchtraad.

Artikel 64

De kosten gemaakt door de leden van de Tuchtraad om hun opdracht te vervullen worden terugbetaald op voorlegging van hun kostenstaat , door henzelf ondertekend en goedgekeurd door de Voorzitter of Ondervoorzitter van de Tuchtraad. Zij worden vergoed op basis van het intern bij ABEX geldende barema.

Artikel 65

Mits aanvraag door een tiende van het aantal effectieve leden, is de Voorzitter er toe gehouden om binnen de dertig dagen een Buitengewone Algemene Vergadering bijeen te roepen. Intussen komt het Directiecomité bijeen.

Artikel 66

Elk voorstel van agendapunt van een Gewone of Buitengewone Algemene Vergadering of van een zitting van het Directiecomité moet vijftien dagen voor de vergadering schriftelijk aan de Secretaris-generaal gericht worden, met, indien mogelijk, een verslag en een ontwerpresolutie.

Artikel 67

Voorafgaand aan de stemming voor de verkiezing van de aanvullende leden van het Directiecomité, geeft de Secretaris-Generaal ter informatie, kennis aan de Algemene Vergadering van het aantal toe te kennen mandaten, alsmede van het aantal mandaten dat wenselijk is per afdeling en per regio, rekening houdend met het aantal kandidaat leden wonende in de regio en met de samenstelling van het reeds gekozen Bureau.

Artikel 68

De verkozen kandidaten worden afgeroepen in aflopende volgorde van het aantal behaalde stemmen . De afroeping wordt beëindigd zodra het aantal te begeven mandaten bereikt is. Om gekozen te worden, moeten de kandidaten minstens 50% van de uitgebrachte stemmen verkrijgen, met uitsluiting van de nulstemmen en de onthoudingen.

Indien het aantal verkozen mandatarissen voor andere gewesten dan Brussel-Hoofdstad ontoereikend is om het statutaire minimum te bereiken, moet de verkozen van Brussel-Hoofdstad die het kleinste aantal stemmen behaalde afstand doen ten gunste van de niet verkozen kandidaat van een ander gewest die de beste score behaalde.

Als laatstgenoemde de volstrekte meerderheid niet heeft verkregen, wordt er overgegaan tot een nieuwe stemming tussen hem en de andere regionale kandidaten die bij de eerste kiesronde uitgeschakeld werden.

De leden van de Algemene Vergadering kunnen maximum voor een aantal kandidaten stemmen dat gelijk is aan het aantal te begeven posten. Het aantal volmachten wordt beperkt tot vijf.

Artikel 69

Het Directiecomité kan elke commissie benoemen die verslag van haar werkzaamheden zal uitbrengen.

Artikel 70

Er is onverenigbaarheid tussen de mandaten van lid van het Directiecomité en van de Tuchtraad.

Artikel 71

De leden van het Directiecomité, van het Bureau, van de Tuchtraad en van de Commissies die buiten het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wonen, hebben recht op vergoeding van hun vervoerkosten, overeenstemmend met een treinticket in 1ste klasse, telkens als zij een vergadering bijwonen.

Artikel 72

De vooraf door het Directiecomité goedgekeurde uitgaven van de leden van ABEX, ter gelegenheid van de opdrachten waarmee zij regelmatig worden gelast, hetzij ter uitvoering van hun mandaat, hetzij om aan hun reglementaire verplichtingen te voldoen, worden vergoed, mits voorlegging van een onderbouwde kostenstaat. Hetzelfde geldt voor de prestaties op basis van de geldende interne barema’s van ABEX.

Artikel 73

De notulen van de Algemene Vergaderingen, zittingen van het Directiecomité, van het Bureau, en van de Commissies worden bijgehouden in een register. Ze worden door de Secretaris van de zitting ondertekend en, meteen na hun goedkeuring, ter ondertekening voorgelegd aan de Voorzitter van de zitting. De opmerkingen waartoe zij aanleiding geven worden ingeschreven op de notulen van de zitting waarbij zij opgesteld werden.

Artikel 74

De Secretaris houdt een aanwezigheidsregister bij van de zittingen van de verschillende vergaderingen van het Directiecomité, van het Bureau of van Commissie van ABEX. Bij het verslag van elke vergadering wordt een aanwezigheidslijst gevoegd.

Artikel 75

De Penningmeester voert de betalingen slechts uit op voorlegging van facturen of kostenstaten en/of vergoedingen goedgekeurd door de Secretaris-Generaal en nagezien door de Voorzitter van ABEX. Bij het begin van elk kwartaal brengt hij aan het Directiecomité verslag uit van de financiële toestand.

Als de begrotingsverwachtingen het risico lopen niet gerealiseerd te worden, hetzij dat de inkomsten ontoereikend blijken, hetzij dat de uitgaven te belangrijk worden, deelt hij dat mee aan de Secretaris-Generaal, die eventueel het Directiecomité inlicht en gepaste maatregelen treft om het evenwicht te herstellen.

Alvorens de schrapping voor te stellen van een lid wegens achterstal van betaling van zijn bijdrage voor het verlopen en voor het lopende jaar, nodigt de Penningmeester het lid uit, per aangetekende brief met bericht van ontvangst, om zich op korte termijn in regel te stellen. Hij waarschuwt hem welke maatregel krachtens artikel 14 van de statuten getroffen zou worden , als hij geen vervolg aan deze uitnodiging zou geven. Deze laatste geldt als ingebrekestelling.

Artikel 76

Alle verrichtingen gebeuren via een bankrekening op naam van ABEX. Het deel van de beschikbare middelen dat slechts op middellange of lange termijn invorderbaar is, wordt op een termijnrekening gezet. Uitzonderlijk kunnen de Penningmeester of zijn gevolmachtigde kleine inkomsten in speciën aanvaarden.

Artikel 77

De uittredende Voorzitter kan voor de vergaderingen van het Directiecomité opgeroepen worden met raadgevende bevoegdheid.

Artikel 78

Het Bureau komt bijeen telkens als twee van zijn leden het vragen. Het is in het bijzonder belast met de uitvoering van de beslissingen van het Directiecomité en de Algemene Vergadering.

Artikel 79

Als de procedure in bemiddeling, bepaald in artikel 36 van de statuten, niet slaagt, kan elk geschil van professionele aard over de arbeidsvoorwaarden tussen leden, of tussen een lid en een derde, voor een Arbitrale Rechtbank gebracht worden. Deze procedure is verplicht in geval van geschil tussen leden van ABEX, met toepassing van artikel 37 van de statuten en het artikel 4,10° van de wet van 31 maart 1898 aangaande de Beroepsverenigingen.

Artikel 80

Met toepassing van artikel 37 van de statuten en krachtens de wet van 4 juli 1972 die in het Gerechtelijke Wetboek een zesde onderdeel aangaande de arbitrage invoert, zullen de leden die onderling een geschil hebben, in het artikel 1van een schriftelijke overeenkomst van arbitrage voorzien dat deze de partijen verbindt en van hun wil blijk geeft om een beroep te doen op arbitrage (artikel 1677 van het gerechtelijke wetboek).

Artikel 81

Het wordt de leden aanbevolen om hun scheidsrechter(s) te kiezen onder de leden van ABEX of om de Voorzitter van ABEX te gelasten met deze aanduiding (artikelen 1682 en 1683 van het gerechtelijke wetboek).

Artikel 82

De partijen en de scheidsrechters verwijzen verplicht naar de andere beschikkingen van het 6e deel van het Gerechtelijke Wetboek.

Artikel 83

ABEX stelt aan zijn effectieve leden de vergaderzaal in de Frans Van Kalkenlaan 1/104, 1070 Brussel ter beschikking voor het houden van vergaderingen.

Artikel 84

De datum van de vergadering moet in samenspraak met het administratieve secretariaat van ABEX vastgelegd worden.

Artikel 85

De zaal is alle werkdagen beschikbaar van 9h tot ten laatste 17h. Het lid dat een vergadering in de lokalen van ABEX wil houden moet aan het secretariaat het aanvangsuur van de vergadering opgeven, evenals het voorziene uur van het eind van de vergadering en het aantal deelnemers.

Artikel 86

De ontvangst van de deelnemers gebeurt door het organiserende lid van de vergadering. Warme dranken (koffie) en de niet-alcoholhoudende koude dranken evenals versnaperingen worden door ABEX ter beschikking gesteld. Het aantal deelnemers wordt beperkt tot vijftien personen. De deskundige, lid van ABEX die zijn vergadering in de lokalen van ABEX gehouden heeft, zal als laatste de vergadering verlaten. Hij zal ervoor zorgen de lokalen in perfecte staat achter te laten, het vaatwerk netjes opgeruimd en klaar om gewassen te worden. Er zal hem geen enkele sleutel overhandigd worden.

Artikel 87

De deelname in de kosten wordt jaarlijks door het Directiecomité vastgelegd. Deze kosten zullen zowel de lasten als de dranken en de versnaperingen dekken. De deelname in de kosten dient voorafgaandelijk aan de vergadering gestort te worden op de rekening van ABEX. Deze betaling is de enige vorm van reserveringsbevestiging, een ontvangstbewijs zal door de Penningmeester bezorgd worden. Bij wijze van voorbeeld bedraagt het gevraagde bedrag
€ 20,00 per vergadering plus € 1,00 per aanwezige persoon voor het jaar 2004.

Artikel 88

Indien de vergadering afgelast wordt, zal de deskundige zo spoedig mogelijk met de Secretaris-Generaal contact nemen om de reservering te annuleren. De deelname in de kosten zal aan deskundige terugbetaald worden.

Artikel 89

ABEX wordt door twee juridische Assessoren bijgestaan, een van de Franse taalrol, de andere van de Nederlandse taalrol.

De Assessoren worden door de Algemene Vergadering op voorstel van het Directiecomité benoemd. Hun mandaat duurt twee jaar en is hernieuwbaar.

Artikel 90

De Assessoren hebben als opdracht:

  • juridisch advies te geven over alle wijzigingen van de Statuten en van het Algemeen
    Huishoudelijk Reglement.
  • op verzoek van de redactiecommissie van het tijdschrift, juridisch advies te geven aangaande de inhoud van te publiceren hoofdartikelen.
  • de Tuchtraad bij te staan op verzoek van diens Voorzitter.

De prestaties betreffende de bovenvermelde tussenkomsten worden niet vergoed. De deelname aan interne vergaderingen zal evenwel op vergoeding recht geven volgens de barema’s die gelden in de Unie. De eventuele specifieke kosten worden op voorlegging van bewijsstukken terugbetaald.

Op specifiek verzoek, kunnen de Assessoren tegen vergoeding :

  • ABEX ondersteunen in alle geschillen met alle natuurlijke of rechtspersonen.
  • de leden ondersteunen in alle geschillen die ontstaan zijn door of ter gelegenheid van de
    uitoefening van hun activiteiten als deskundige en consulent.

Het bedrag van de honoraria en kosten betreffende de hierboven aangehaalde tussenkomsten zijn geval per geval door de gevraagde Assessor vast te stellen.

Deze heeft geenszins de verplichting om de opdracht te aanvaarden die hem wordt gevraagd.

Artikel 91

Er is binnen ABEX een commissie opgericht genaamd: “Commissie van het Indexcijfer van de kosten van de bouw”.

De Commissie is samengesteld uit de Voorzitter van ABEX en vrijwillige effectieve leden. Kunnen leden van de Commissie worden: de architecten, de ingenieurs, de vastgoeddeskundigen landmeters, en alle leden die in de specifieke afdelingen van de woningbouw worden ingeschreven.

Deze Commissie vormt een netwerk van waarnemers van prijzen voor uitsluitend bouwwerken van woningen, volgens een nationale geografische verdeling. Deze waarnemers worden onder de leden van specifieke afdelingen van de woningbouw gerekruteerd.

De kandidaturen voorgesteld door de Commissie worden aan het Directiecomité voorgelegd die ze bekrachtigt of verwerpt. De Commissie of het Directiecomité moeten hun beslissingen niet motiveren.

De waarnemers worden ermee gelast halfjaarlijks de prijzen in te zamelen die in hun regio worden gehanteerd, met inbegrip van de studiekosten en de taksen. Deze prijzen vormen een representatieve bemonstering van de marktprijzen.

Artikel 92

De Commissie wordt verzocht het indexcijfer van de kosten van de bouw op 1ste mei en op 1ste november van elk jaar op te stellen. De basis van deze index, 1, is die van 1914, alles volgens jaarlijks te treffen overeenkomst tussen het Directiecomité en de Commissie, door de leden van de Commissie te onderschrijven.

De periodieke valorisatie gebeurt op basis van de eenheidsprijzen steunend op individuele vaststellingen door de leden uitgevoerd, in de periode tussen twee publicaties van de index, in hun sector van professionele en regionale activiteit.

De synthese van deze valorisaties wordt in commissie uitgevoerd onder de vorm van een indexcijfer, en geeft een beeld van de evolutie van de gemiddelde nationale kost. Deze index wordt in Commissie besproken en goedgekeurd.

Artikel 93

Een Bureau samengesteld uit een Voorzitter, een Ondervoorzitter en een Verslaggever en een Secretaris leidt de Commissie. Zo veel mogelijk wordt gezorgd voor taalkundig evenwicht en afwisseling.

De leden van het Bureau worden om de vier jaar gekozen, tijdens de vergadering van de commissie die 1ste mei voorafgaat. De kandidaturen worden ten laatste op 10 april voorgesteld. De definitieve lijst van de kandidaat-leden wordt gevoegd bij de oproepingen acht dagen vóór de datum van deze vergadering.

Voor de verkiezingen kan een lid kan slechts één volmacht bezitten. De stemming is geheim. De volstrekte meerderheid van de aanwezige of vertegenwoordigde leden is vereist. Bij gelijkheid van het aantal stemmen wordt het lid met het langste lidmaatschap verkozen verklaard.

Het Bureau kent de mandaten toe na afloop van de stemming in volgorde van het aantal stemmen. De verkozen leden aanvaarden of niet. In geval van weigering van een lid wordt de volgende opgeroepen.

De Voorzitter verzorgt de continuïteit van de sedert 1964 gepubliceerde opmerkingen, voor de actualisering van de bemonstering in functie van de laatste statistische gegevens op het Belgisch grondgebied en hij vertegenwoordigt de commissie tegenover derden met bijstand en goedkeuring van het Directiecomité van ABEX.

De Ondervoorzitter heeft als opdracht om de Voorzitter bij te staan en deze te vervangen bij zijn afwezigheid.

De Verslaggever verleent de Secretaris bijstand bij het opstellen van de synthese van de valorisaties.

De Secretaris heeft als opdracht om de Voorzitter of, bij ontstentenis de Ondervoorzitter, bij te staan, de notulen van de vergaderingen op te stellen en om deze mee te delen aan de Secretaris-Generaal van ABEX.

Artikel 94

De vergaderingen van de Commissie vinden de laatste vrijdag van april en oktober plaats op de zetel van ABEX van 10h30 tot 13h00. De Commissie brengt een geldig en onherroepelijk advies uit wanneer minstens twee leden van het Bureau vergaderen, en vier gewone leden.

Artikel 95

Alle leden van de Commissie ontvangen de lijst van de eenheidsprijzen van de posten van de lijst binnen de programma’s van woningbouw.

In de loop van de maand die aan die van het opstellen van de index vooraf gaat, namelijk april en september, worden zij verzocht om alle posten van de lijst te berekenen en deze te versturen naar de woonplaats van de Secretaris, uiterlijk op de 18de van de maand.
Voorbij deze datum zullen de gegevens niet in aanmerking genomen worden. Voor de definitieve goedkeuring van het nieuwe indexcijfer wordt in commissie over de resultaten beraadslaagd.

Artikel 96

Op basis van het gemiddelde van de eenheidsprijzen die door de waarnemers neergelegd zijn, wordt een lijst van de eenheidsprijzen uitgegeven. Zij bevat een groot deel van de artikels en de posten die bij de bouw van nieuwe huisvestingen voorkomen.

Halfjaarlijks wordt een procentuele verdeling van de samenstellende deelposten vastgelegd.

De Lijst toont eveneens de evolutie van het Indexcijfer ABEX sinds haar oorsprong (1964), maar ook de indexcijfers die sinds 1914 aangepast werden. De Lijst van de eenheidsprijzen wordt twee keer per jaar verspreid, via een persbericht dat door de Voorzitter van de Commissie en door de Secretaris-Generaal wordt ondertekend.

Artikel 97

In functie van de beschikbare financiële middelen binnen ABEX legt het Directiecomité van ABEX jaarlijks in een overeenkomst het bedrag vast van de vergoedingen van de leden van de Commissie.

Artikel 98

Het lid verliest zijn vergoedingsrechten wanneer hij:

  • een onbeduidend werk van berekening van de eenheidsprijs overhandigt of het buiten de termijnen bezorgt.
  • afwezig is op de vergadering, behalve in geval van een aanvaarde en bewezen
    verontschuldiging.